Overslaan en naar de inhoud gaan
ervaringswerkers Wouter en Katleen

Ooit waren ze zelf patiënt, nu staan ze aan de andere kant, als ervaringswerker. "We zijn geen hulpverlener, noem ons liever hoopverlener." Terwijl Wouter De Swerdt en Katleen De Bie er zijn voor anderen dragen ze ook zorg voor zichzelf. Psychische kwetsbaarheid is nu eenmaal geen aan-uit-knop. Een jaar als ervaringswerkers in ons ziekenhuis vraagt om een terugblik en vooruitzicht.

Hoe kwam je op het idee om als ervaringswerker aan de slag te gaan?

Wouter: “In 2012 had ik een eerste opname. Het contact liep toen vrij stroef. Ik kreeg weinig toelichting, terwijl het voor mij de eerste keer was dat ik in aanraking kwam met de psychiatrie. Dat ligt niet aan de zorgverleners, wel aan ‘het systeem’. Nu tien jaar later denk ik vaak na over hoe een ervaringswerker toen een verschil had kunnen maken. Terwijl je vrijheid wordt ontnomen, gewoon iemand die aanwezig is en het stigma en de vooroordelen kan doorbreken. Informatie geeft en geruststelt. Ik wist zelfs niet wat een psychose was voor ik werd opgenomen.”

Katleen: “Tijdens mijn opname kreeg ik steeds meer het gevoel dat ik ook gezien en gehoord wou worden. Ik volgde nadien een opleiding tot ervaringsdeskundige. Toen ik deze jobkans zag voorbijkomen was ik reeds ervaringsdeskundige op vrijwillige basis, onder meer bij RC Pastel en het Herstelcafé in Mechelen.”

Wat is je grootste meerwaarde als ervaringswerker?

Katleen: “Het belangrijkste verschil met zorgverleners is dat wij heel open kunnen praten over onze eigen kwetsbaarheden en ervaringen in de psychiatrie. Daardoor is het contact met patiënten anders. Sommige mensen in opname praten meer of makkelijker tegen ons. We zijn niet vast verbonden aan een team én we delen een gelijkaardige ervaring. Je moet er wel onbevooroordeeld in staan als je vertrouwen wil krijgen. Patiënten hebben je heel snel door.”

Wouter: “Wat we doen gaat breed. Soms zijn we gewoon op afdelingen aanwezig om te praten met patiënten. Zo ontdekken we wat leeft bij hen en die informatie kunnen we meenemen naar beleidsvergaderingen waar patiënten niet aanwezig zijn. We geven ook sessies rond herstel, middelengebruik of budgettering. We delen daarbij vooral onze eigen ervaringen voor, tijdens en na onze opname. Laatst zijn we ook ingeschakeld om samen met patiënten het therapieschema bij twee afdelingen te evalueren. Daar kwam bijvoorbeeld uit dat er bij mensen in opname meer nood is aan groepsgesprekken over inhoudelijke aspecten van bijvoorbeeld een psychose. Wat zijn waanbeelden of hallucinaties? Wat lokt dit uit? Dat komt wel aan bod in individuele gesprekken, maar zelden in groep, terwijl dat net heel krachtig kan zijn.”

Ervaringswerker Wouter

"Het doet deugd dat ik net hier - op de plek waar ik zelf in crisis werd opgenomen - hoopverlener kan zijn."

Ooit beleefden jullie ook minder mooie momenten in opname. Wat doet dat om nu aan de andere kant te staan?

Wouter: “Voor mij is het heel bijzonder, omdat ik hier ook in opname was. Ik ken de andere kant dus letterlijk zeer goed. Zo was ik onlangs op onze opnameafdeling voor crisisinterventie onder patiënten. Ik kon in alle kalmte met hen praten en aangeven wat er op hen afkomt. Een patiënt nam in volle crisis de tijd om mij te vertellen hoe blij hij was dat ik er voor hem was en ervaringen kon delen. Dan doet het ontzettend deugd dat ik net hier - op de plek waar ik zelf in crisis werd opgenomen - hoopverlener kan zijn.

Katleen: “Je moet voldoende afstand kunnen nemen van je eigen verhaal en ver genoeg staan in je herstelproces. Soms komt het wel eens dichtbij. Omdat je een herkenbaar verhaal hoort. Of je komt iemand tegen die je kent uit je eigen traject, terwijl die wel nog patiënt is. Dat is zeer bevreemdend. Aan de andere kant geef je zo perspectief en kan je trots zijn op jezelf.”

Wouter: “Het zou vreemd zijn dat er ons niks raakt. Als iemand het moeilijk krijgt tijdens een gesprek dan beeld ik me in dat ik ook ooit op die stoel zat. Op zo’n momenten doe ik de mantel van de professionaliteit om. We kunnen het gelukkig ook een plaats geven bij collega’s die ons werk mee ondersteunen.”

Welke dromen koester je als ervaringswerker?

Katleen: “We voelen soms nog eens drempelvrees bij een team. We kijken niet over de schouder mee en komen ook niet de werking beoordelen. Wel willen we er zijn voor mensen in opname en hun stem vertolken binnen het ziekenhuis. Maar we krijgen gelukkig snel het vertrouwen van een team als ze zien hoe we in ons werk staan.”

Wouter: “Het ziekenhuis biedt zeer goede zorg en dankzij ons werk en dat van vele anderen kunnen we dit nog verder ontwikkelen. Ik hoop dat ons werk een duurzame plek kan krijgen in het ziekenhuis en dat er misschien voor elk zorgprogramma een ervaringswerker aan de slag kan. Dat is mijn droom.”

ervaringswerker Katleen

“Therapie is het niet voor mij, maar ik haal er wel veel kracht uit. Het is helpend in mijn herstelproces dat ik nu een job doe die ik graag doe. Dat was vroeger anders.”